Trots op Mo, trots op ons
- Esther vd Wel

- 27 jun
- 2 minuten om te lezen
Bijgewerkt op: 27 okt

📸 Deze foto laat precies zien hoe ik me voel: trots. Trots terwijl ik naar het podium kijk, waar jongere Mo een passage uit mijn boek HarT Nodig voorleest – een tekst die hij zelf heeft geschreven.
Een lange reis samen
Mo en ik hebben samen een flinke reis gemaakt. Een deel daarvan heb ik beschreven in HarT Nodig, maar eerlijk? Als ik alles zou opschrijven, kon ik er makkelijk een tweede boek van maken.
Ik ontmoette Mo in 2016. Een jonge man met grote ambities – en die heeft hij nog steeds. Wat me altijd is bijgebleven, is dat onze dromen verrassend veel op elkaar lijken. Ik weet waar hij vandaan komt. Ik ken zijn diepste angsten en worstelingen. Maar wat ik vooral zag: veerkracht.
Hij gaf nooit op. Hij bleef strijden voor een beter leven, omdat hij geloofde dat hij de wereld iets te bieden heeft. En als het even niet goed ging, trok hij zich terug. Hij wilde mij er niet mee lastigvallen. Eerst zijn eigen shit oplossen. Ook dat herken ik. Ik doe het zelf vaak net zo.
Als kansen ontbreken
Mo heeft zijn kansen nooit gekregen, of kon ze simpelweg niet pakken. Hij was aan het overleven. En wie overleeft, krijgt oogkleppen. Maar als hij in een andere situatie was geboren, dan had hij moeiteloos een hbo-diploma gehaald. Had hij allang een succesvolle onderneming gerund, met zijn energie en overtuigingskracht.
Maar het liep anders.
Na jaren dak- en thuisloos te zijn geweest, kreeg hij rond zijn 27e eindelijk een sociale huurwoning. Eindelijk een eigen plek. Eindelijk bouwen. Maar dat gaat niet van de ene op de andere dag. Geen meubels, geen buffer, geen netwerk. Alleen een matras op de kale vloer en wat tassen met spullen.
Durven vragen om hulp
Toch ging hij bouwen. Stap voor stap. En toen kwam dat telefoontje:
“Esther, ik heb een huis. Ik ben zó blij. Maar ik heb helemaal niks. En ik weet dat ik het zelf moet doen, want jij bent niet meer mijn begeleider…”
Zo’n moment vergeet je niet. Want dat is kracht. Durven toegeven dat je hulp nodig hebt. En in plaats van een standaard reactie als “vraag maar bijzondere bijstand aan via dit formulier”, verdienen zulke momenten erkenning.
Ik heb Mo geleerd: “Nee heb je, ja kun je krijgen.” En hij heeft het onthouden. En uiteraard hielp ik hem.
Kracht in stilte
Vandaag de dag staat Mo klaar voor anderen. Mensen kennen hem als krachtig, als iemand met impact. Niemand had ooit door dat hij dakloos is geweest. Dat zegt iets over hoe hij zichzelf heeft gedragen – en gedragen gevoeld heeft.
En als ik dit zo opschrijf, realiseer ik me iets: hulp vragen is ook voor mij nog steeds lastig. Ik word er beter in, maar het voelt vaak als zwakte, als falen. Toch werk ik eraan. Soms geforceerd, met het doel dat het op een dag vanzelf zal gaan.
Want ik weet nu echt:
Hulp vragen is geen zwakte.
Hulp vragen ís kracht. En kracht mag beloond worden.
